Ontmoet Kevin

Ik ben Kevin en ik ben begin 1986 geboren in Voorburg. De eerste tien jaar van mijn leven heb ik in Den Haag gewoond en daarna ben ik door mijn vaders werk in de Kop van Noord-Holland terechtgekomen, waar ik nog steeds woon. Als kleine jongen wilde ik nieuwslezer worden. Die ambitie heb ik laten varen, maar ik ben uiteindelijk wel op de School voor Journalistiek terechtgekomen en met dat diploma op zak ben ik uiteindelijk als freelance journalist zeer actief geworden voor een aantal muziekbladen. In Gitarist staat iedere maand wel iets van mijn hand, maar ook de Slagwerkkrant en Interface publiceren regelmatig artikelen.

Daarmee is ook meteen mijn grootste interesse naast het schrijven bekend: muziek. Niet alleen schrijf ik graag over muziek, muziek componeren is wat ik misschien nog wel het liefste doe. Zelf ben ik ook een tijd actief geweest als zanger van een aantal metalbandjes, maar daar heb ik inmiddels een punt achter gezet. Naast metal houd ik ook heel erg van (al dan niet progressieve) rock, soul, funk, blues en zelfs sommige pop of hiphop. Ik vind het dan ook erg leuk om de muziek van alle uithoeken van de wereld te verkennen; het einde is nog lang niet in zicht.

Mocht je interesse hebben in wat ik schrijf over muziek, neem dan ook eens een kijkje op mijn (Engelstalige) weblog op http://kevymetal.wordpress.com/

Waar schrijf je over op The Sushi TImes?

Toen Joyce en ik per toeval met elkaar in contact kwamen, gaf zij meteen aan dat The Sushi Times op zoek was naar wat regelmatiger publicaties over Japanse muziek. Dat zag ik natuurlijk wel zitten. Ik heb een redelijke collectie aan j-rock en Japanse metal en hoewel ik redelijk kritisch – en schijnbaar willekeurig – ben over wat ik goed vind en niet, zijn er altijd nieuwe dingen te ontdekken. Op die ontdekkingsreis neem ik The Sushi Times graag mee. En vice versa.

Hoe is je interesse voor Japan ontstaan?

Hoewel ik altijd al naar “bekende oudjes” als Loudness en Anthem luisterde, is mijn interesse in Japanse muziek ontstaan in een periode dat ik de voorspelbaarheid en de eenheidsworst van de Europese en de Amerikaanse metalscene helemaal zat was en eens ging kijken naar bands waarvan ik de teksten niet per se hoefde te verstaan. Het leuke aan een aantal Japanse bands vond ik dat zij stijlen durfden te combineren waarvan men hier vindt dat ze met elkaar vloeken, maar die voor mij toch heel vertrouwd bij elkaar klonken. Later ben ik wat verder gaan zoeken en ben ik ook enkele j-rockbands heel erg gaan waarderen. Maar stiekem denk ik dat de Nintendo-verslaving die ik als jonge jongen had ook wel mee heeft gewerkt.

Wat vind je van de otaku cultuur?

Persoonlijk heb ik er niet veel mee, maar de toewijding van de “scene” vind ik bewonderenswaardig. En hoewel ik niet snel de tijd zal nemen voor een manga of een anime – die steek ik liever in het kijken van een goede sitcom of het lezen van een goed boek – vind ik de teken- en animatiestijl erg mooi. Wellicht voelt het vertrouwd omdat ik vroeger verslingerd was aan mijn Nintendo en nog steeds periodes heb dat ik veel oude games speel (denk: Mega Man, Castlevania, Super Mario Bros., Donkey Kong).

Wat vind je zo leuk aan Japan?

Over het land zelf kan ik niet heel veel zeggen, maar ik vind het wel geweldig dat er in de Japanse muziekindustrie plaats is voor een experimentele benadering, waardoor hele unieke bands soms de kans krijgen om zich aan een breed publiek te presenteren. En al die unieke ontwerpen en verpakkingen bij de albums… Ik weet dat het een verkooptruc is, maar mooi is het wel. 

Er zijn veel Japanse bands waar ik van houd of die op zijn minst een album hebben uitgebracht dat ik te gek vind, maar mijn favorieten zijn Saber Tiger, Jupiter, Gargoyle, Galneryus, Merry, Luna Sea en Anthem.

Door een Engelse vriendin ben ik ook verslingerd geraakt aan de boeken van Haruki Murakami. Van zijn naamgenoot Ryu heb ik ook wat aardige boeken gelezen.

Wat vind je het minst leuk aan Japan?

Muzikaal: het gesloten karakter van de platenindustrie. Die eindeloze stroom inhoudloze j-popsingles uitgevoerd door onderling inwisselbare zangers en zangeressen. Visual kei-bands die eeuwen tijd in hun imago stoppen, maar geen fatsoenlijk nummer kunnen schrijven. En vooral: de prijzen van de cd’s en dvd’s.

Niet-muzikaal: de positie van vrouwen en de LGBTQ+ gemeenschap in de maatschappij. Het strakke keurslijf waar veel mensen in gedwongen worden. Rare taboes; waarom mag je in vredesnaam het woord “injectienaald” niet eens publiceren?

Tenslotte, wil je nog iets delen met de lezers?

Bedankt voor de interesse in mijn introductietekst. Ik beloof dat mijn artikelen alsmaar beter worden!